Delano mc Andrew - KATIBO FU SAN DE YU DE 

Portret van Delano Mac Andrew
CBK Zuidoost, 1 juli 2021

De doekjes van katoen, bij de tori van Delano. De inkt maakte ik van rode geraniums aan het Bijlmerplein.
Daaronder doekjes bij andere tori, je kunt goed zien dat ik verschillende soorten katoen heb gebruikt, wat de diversiteit benadrukt.

Keti Koti vier ik meestal in het Oosterpark of in klein comité met een speciale vriendengroep. Sinds het Slavernijmonument er staat, zit 1 juli ook meer in de systemen van personen om mij heen en wordt er altijd gevraagd wat wij doen in verband met 1 juli. Wat ik doe: het Oosterpark bezoeken, zelf iets organiseren bij CBK Zuidoost of een andere, speciale programmering bezoeken.

Tijdens mijn jeugd in Suriname werd Keti Koti - aldaar een nationale vrije dag - op verschillende fronten gevierd; van kermis tot aan speciale evenementen bij Afro-Surinaamse organisaties. Als kind ging ik wel naar een jeugdcentrum, spelletjes doen en lekker eten. En we gingen ook wel naar de Waterkant. Mijn moeder zorgde ervoor dat alle vier haar kinderen er mooi uit zagen, we waren dan in par weri, alle vier in kleren die ze maakte van dezelfdeAfrikaanse stof. Ik vermoed dat ze het ook wel handig vond want op die manier hoefde ze maar één lap te kopen. Jammer genoeg is daar geen foto van. Er werden in die tijd niet zo veel foto's gemaakt. Mijn moeder kookte ook elk jaar heri heri  voor ons, met alles erop en eraan.
Hier in Nederland heeft Keti Koti een meer activistische en bewustwordings-lading. In Suriname kregen wij jongens altijd een – door moeder gemaakt – shirt aan van Afrikaanse stoffen. Hier in Nederland sla ik een pangi om mijn nek of draag ik iets dat met de Surinaamse cultuur of met de mondiale zwarte cultuur te maken heeft.  Er werd tijdens mijn jeugd in Suriname niet expliciet gesproken over het slavernijverleden, al waren we ons er wel van bewust dat we afstamden van tot slaaf gemaakten. En het was een duidelijk onderdeel van het curriculum voor het vak geschiedenis op de lagere school, de ULO, MULO, enz. Maar dan wel vanuit het Nederlandsee perspectief. Wij kinderen leerden over 'opstandelingen' en 'brandstichters' als Kodjo, Mentor en Present. Mijn moeder, docent op de lagere school, hield zich in die tijd ook keurig aan de informatie zoals die in de geschiedenisboeken stond opgeschreven.
Dat perspectief veranderde na de 
onafhankelijkheid van Suriname (1975). De curricula werden herzien en diezelfde Kodjo, Mentor en Present werden onze helden.
Het wordt overigens hoog tijd dat de curricula in Nederland ook worden aangepast en de kinderen hier les krijgen over de minder fraaie kanten van de  'vaderlandse geschiedenis', over het kolonialisme van Nederland en de grote rol die het land gespeeld heeft binnen de slavernij. Gelukkig heeft Anton de Kom inmiddels al wel een plaats in de canon!

Het feest, hier in Nederland, ik woon hier sinds 1987, vinden mijn partner en ik belangrijk. Niet alleen om te vieren maar ook als moment van bezinning, om niet te vergeten. Daarbij: de mentale gevolgen van de slavernij zijn ook ná de afschaffing van de slavernij nog altijd aanwezig. Het psychologische trauma leeft voort bij sommige nazaten van de (ex-) tot slaaf gemaakten. Katibo, het lied van Max Nijman, bezingt voor mijn gevoel ook deze pijn. Katibo, fu san de yu de. Slavernij, toe ga toch voorbij.

Voor de onafhankelijkheid was 1 juli wel een nationale vrije dag in Suriname, maar er werd op school en ook daarbuiten niet zoveel aandacht aan de betekenis van Keti Koti besteed. Je had vrij en er waren leuke activiteiten. Zoals ik al eerder aangaf: dat bewustzijn werd na 1975 sterker en men is sindsdien Keti Koti meer en meer gaan omarmen. Er is meer aandacht voor de Hindoestaanse en Javaanse emigratie. En elementen uit de Marron-culturen spelen tegenwoordig ook veel meer een rol. Dat was in de jaren '50, '60, begin '70, ondenkbaar. Het gaat ook om het vieren van een onderdeel van de Surinaamse cultuur en geschiedenis; voor mij is Suriname mijn bakermat (ook al komen mijn voorouders uit verschillende windstreken). Dat de Surinaamse cultuur een onlosmakelijk deel van de Nederlandse is, maakt dat ik deze dag ook hier graag vier. En ja, het mag ook hier een nationale vrije dag zijn. Er wordt weleens door oudere Antillianen geklaagd dat de Surinamers 1 juli hebben ‘gekaapt’, dus het moet inclusiever.

 

* * * * * * * * 

 

Delano Mac Andrew 
Stafmedewerker Educatie & Participatie CBK Zuidoost, docent beeldend, beeldend kunstenaar. Geboren in Suriname (Paramaribo, 1962). Woont sinds 1987 in Nederland (Amsterdam).